Indrukwekkend

Het door een bombardement en de daarmee gepaard gaande vuurstorm geteisterde Rotterdam trekt nieuwsgierigen aan die de verwoestingen fotograferen. Het maakt op iedereen indruk. Nederlandse dagboekschrijvers beschrijven de plek van het inferno vooral vol ongeloof. Na zijn bezoek op zondag 26 mei 1940 schrijft de 17 jarige Kees Tetteroo uit het Westland in zijn dagboek: “Vandaag heb ik een bezoek aan Rotterdam gebracht. Wat ik daar gezien heb, kan ik niet beschrijven zo erg. Als men aan de Boompjes staat, kijkt men een heel eind de stad in en dan ziet met één grote puinzee. De meeste gebouwen en huizen aan de Coolsingel en Hofplein en de daar op uitkomende straten zijn totaal verwoest. […] Rode Kruisploegen waren nog steeds op zoek naar lijken. Ik was nog op een plaats waar ze er net een vonden. Op sommige plaatsen was het niet om uit te houden door een verschrikkelijke verrottingslucht.”

Vanuit de hele regio komen ook Duitse soldaten naar de ruïnes. In combinatie met een bezoek aan de Diergaarde of een rondvaart door de haven is het voor hen een soort uitje. Ze maken foto’s, delen die onder elkaar of kopen commercieel uitgebrachte afdrukken. Op de achterkant of als bijschrift in albums schrijven sommigen teksten zoals “Der Sieger” (de overwinnaars) of “Die Luftwaffe” (de luchtmacht, als in wat zij kan teweegbrengen).

Een soldaat laat zich lyrisch uit over de nauwkeurigheid van het bombardement: “Die Maßarbeit unserer Stukas haben wir in einigen Orten bewundern können. Einschläge auf Straße oder Bürgersteig gibt es da nicht. Nur Treffer! Nicht wie beim Tommy der schon so oft an uns vorbeigeworfen hat.” Vrij vertaald: “Het maatwerk van onze Stukas hebben we op sommige plaatsen kunnen bewonderen. Inslagen op straten of stoepen zijn er niet. Alleen voltreffers! Niet zoals Tommy die al zo vaak naast ons heeft gegooid.” In de Duitse propaganda krijgen Stuka (afkorting voor Sturzkampffluzeug) duikbommenwerpers die in duikvlucht met loeiende sirene hun bommen met precisie op hun doel afwerpen een grote rol. Dit is waarschijnlijk de reden dat hij het foutief vermeldt. Het zijn namelijk negentig Heinkel bommenwerpers (He-111) die vanaf grote hoogte een oppervlaktebombardement uitvoerden. De Maasstad komt daardoor met Guernica en Warschau in het rijtje van de eerste steden die slachtoffer zijn van een terreurbombardement, aanvallen waar burgers het doelwit vormen. De Duitse militairen wandelen echter ontspannen tussen arbeiders die het puin opruimen, uit hun houding of fotobijschriften blijkt niets van enig gevoel voor de weerloze burgers die de ramp overkomt. Het is ramptoerisme avant la lettre. Later in de oorlog zou hetzelfde lot veel Duitse steden treffen.

Geraadpleegde bronnen:
Tetteroo, K., Mijn Dagboek, oorlogskroniek van Kees Tetteroo (Zaltbommel 2007).

Meer foto’s in: Duits toerisme