Luftwaffe inspectie

Na de verovering van Nederland neemt de Duitse luchtmacht, de Luftwaffe, direct alle vliegvelden in gebruik. De oorlogsschade aan de gebouwen en de start- en landingsbanen wordt in rap tempo hersteld en de infrastructuur uitgebreid. De vliegvelden liggen op relatief korte afstand van Groot-Brittannië en zijn geschikt voor offensieve operaties. Daarnaast leent het luchtruim boven Nederland zich uitstekend als buffer om Britse bommenwerpers te onderscheppen richting Duitsland. De Luftwaffe zet daarom een keten van navigatiebakens op ter ondersteuning van haar eigen piloten, en luchtwachtposten en radarinstallaties om de Engelsen waar te nemen. De technologische ontwikkelingen gaan snel, wat in het najaar van 1941 resulteert in de oprichting van radargevechtsleidingstations ter ondersteuning van de Duitse nachtjagers. De methoden en technieken zijn experimenteel van aard en leiden tot veel overleg en uitleg. Officieren van de Luftnachrichtentruppen rijden stad en land af voor het vinden van de meest geschikte locaties, waarna als snel de bouw volgt. Tijdens een van de inspectieritten in het najaar van 1941 steekt een klein gezelschap van stafleden met twee limousines, een Ford 1940 De Luxe en een imposant fraaie Horch 8, Typ 375 Cabriolet Gläser, de Merwede over met de veerpont Gorinchem IV. Het schip heeft van 1926 tot 1961 de veerdienst tussen Gorinchem – Sleeuwijk onderhouden, een van de oudste veerverbindingen van Nederland.

Op het water is men kwetsbaar voor jachtvliegers van de Royal Air Force, maar in 1941 hebben de geallieerden nog niet het luchtoverwicht. Niemand op de boot maakt zich daarom zorgen over een aanval. Zo’n onbekommerde overtocht is een paar jaar later ondenkbaar. De oorlog in Rusland vergt veel capaciteit van de Luftwaffe en de verliezen worden onvoldoende aangevuld. De slagkracht neemt af. Medio 1942 raken de kleine kustvliegvelden in Nederland al in onbruik en weer twee jaar later is de Luftwaffe gedecimeerd. De geallieerde vliegers zijn heer en meester in het luchtruim en schieten op alles wat beweegt. Zo is het zusterschip, de Gorinchem V, op zaterdagmiddag 28 oktober 1944 kansloos als Typhoon jachtbommenwerpers de aanval inzetten. Nabij de Sleeuwijkse oever gaat het schip ten onder. Burgers mochten al geen gebruik meer maken van het veer en er sneuvelden dan ook alleen enkele Duitse militairen.

Geraadpleegde bronnen:
Rijpsma, J., Radarstelling Biber (Rotterdam, 2006).

Meer foto’s in: Tijdens diensttijd