Ruïnes als motief
In de middag van 14 mei 1940 voeren negentig Duitse bommenwerpers van het Kampfgeschwader 54 ‘Totenkopf’ van de Luftwaffe een oppervlaktebombardement uit op Rotterdam-Noord, Kralingen en het centrum. De aanval duurt nog geen kwartier maar mede door de ontstane branden is de verwoesting enorm. Ongeveer dertigduizend gebouwen worden in de as gelegd waaronder 32 kerken en twee synagogen. Het aantal dodelijke slachtoffers wordt geschat op tussen de zeven- en negenhonderd. Tachtigduizend inwoners raken dakloos. Het bombardement en de dreiging dit te herhalen op Utrecht leidt de volgende dag tot de capitulatie van het Nederlandse leger. Daarmee wordt het een toonbeeld voor de overgave en het beginpunt van vijf jaar bezetting. Direct beginnen de opruimingswerkzaamheden. Met een deel van het puin worden de wateren Blaak en de Schie gedempt. Een ander deel verwerken aannemingsbedrijven in de dijk en als ondergrond voor wegen in de destijds in aanleg zijnde Noordoostpolder. Ironisch genoeg verkoopt wegenbouwer Brusse & Teeuw ook een deel aan het Luftgaukommando Holland (grondorganisatie van de Luftwaffe) die het puin gebruikt voor de uitbreiding van vliegveld Leeuwarden. Op de plek van een groot puindepot bij een knik in de dijk herinnert de naam Rotterdamse Hoek hieraan. Het restant van de Laurenskerk is vanaf begin af aan het iconische beeld van de verwoesting van het stadhart. Bijna alle Duitse militairen die in 1940 in Nederland zijn gelegerd hebben er wel een foto van. Een van hen legt het beeld vast gezien vanaf de Hoogstraat. Langs de rand van het puin scharrelen een paar jonge mannen, op de weg liggen nog grote stenen. Het puinruimen moet hier nog beginnen. Iets verderop staat dezelfde fotograferende soldaat rechtsvoor het Schielandshuis in de Korte Hoogstraat stil (niet zichtbaar). Het prachtige monumentale gebouw overleeft het bombardement maar komt in zijn fotoserie niet voor. Hij kiest voor een puinmotief. Het gebouw met het torentje aan het eind is de C&A. Die stond op de hoek van de Hoogstraat, waar later het gebouw van de V&D zou komen (eind 2015 failliet). Vanwege de vele Duitse militairen die naar het verwoeste stadshart komen kijken is het de meest gefotografeerde plek van Nederland uit de Tweede Wereldoorlog geworden.